Sterilisatie van de kattin
Bij de sterilisatie van een kattin worden de eierstokken chirurgisch verwijderd. Indien de baarmoeder afwijkend of ontstoken is, wordt deze mee verwijderd. Door deze ingreep wordt de kattin onvruchtbaar en kan ze dus geen nestje kittens meer krijgen.
Doordat er reeds veel katten in het asiel zitten en er elk jaar een hele hoop ongewenste nestjes met kittens bij komen, zijn wij sterke voorstander om alle katten, uitgezonderd fokpoezen, te laten steriliseren. Door deze ingreep heeft de kattin bovendien geen risico meer op een baarmoederontsteking.
Bij een baarmoederontsteking (pyometra) kan de kattin ernstig ziek worden en bij laattijdige vaststelling kan dit zelfs fataal zijn. U kan uw kattin aanbieden voor sterilisatie vanaf 6 maanden leeftijd. Voor kattinnen bestaat er als alternatief voor de chirurgische sterilisatie de pil. Deze pil moet om de week à 2 weken worden toegediend om de krolsheid te onderdrukken. Door het verhoogd risico op melkkliertumoren en baarmoederontsteking, geniet de pil niet onze voorkeur.
